Paragraaf 3 De inhoud van een werkstuk voor ethiek
Inleiding
In deze paragraaf vind je aanwijzingen voor het maken van een werkstuk voor ethiek. Vooral vragen we ons af welke eisen er gesteld dienen te worden aan de inhoud van een werkstuk voor ethiek.
Inhoud en opzet van een ethisch werkstuk
Wat moet de inhoud en opzet van een werkstuk voor ethiek zijn?
Om een onderwerp vanuit een ethische invalshoek uit te werken, moet je van een bepaalde opzet gebruik maken. Die opzet bestaat uit zeven stappen:
- Een onderwerp kiezen.
- Gegevens uit andere benaderingen (optieken) verzamelen.
- Een ethische vraag stellen.
- Vaststellen welke belanghebbenden een rol spelen.
- Vaststellen wie moreel verantwoordelijk is.
- Formuleren van ethische standpunten en argumenten.
- Formuleren van een eigen standpunt met argumenten.
- Besluit.
We behandelen deze stappen hieronder.
1. Een onderwerp kiezen
Voor dat je aan je werkstuk begint, dien je een onderwerp vast te stellen. Het onderwerp dat je kiest moet nadrukkelijk iets met ethiek te maken hebben. De ethische benadering (optiek) omvat een drietal kernzaken:
- menswaardigheid (het uiteindelijk goede);
- normatief (je behóórt het te doen);
- in de praktijk brengen (het doen).
Twijfel je er aan of het onderwerp dat je voor ogen hebt wel iets met ethiek te maken heeft, raadpleeg dan de docent. In het vervolg vind je een aantal mogelijke onderwerpen voor een werkstuk levensbeschouwing.
In de tekst die nu volgt, gaan we er vanuit dat het onderwerp is: ‘geslachtsselectie’.
2. Gegevens uit andere benaderingen (optieken) verzamelen
Je dient zoveel mogelijk informatie te verzamelen over het onderwerp. Informatie kan zijn: verschillende aspecten aan het onderwerp, verschillende feiten.
Stel je voor dat we het onderwerp ‘geslachtsselectie’ zouden hebben gekozen. Dan zou je de volgende feiten kunnen noemen:
- medische feiten: hoe is op dit moment de stand van zaken met betrekking tot geslachtsselectie? Welke technieken zijn er?
- sociale feiten: in welke landen komt geslachtsselectie voor? Waarom vindt dit plaats?
- historische feiten: hebben mensen vroeger ook geprobeerd het geslacht van hun kinderen te beïnvloeden of zelfs te bepalen?
- andere feiten: andere feiten over geslachtsselectie die uitgewerkt zouden kunnen worden, zijn economische, juridische en psychologische feiten.
3. Een ethische vraag stellen
Nadat je informatie over het onderwerp uit allerlei andere benaderingen (optieken) hebt verzameld, probeer je een ethische vraag over het onderwerp te formuleren.
Stel je voor dat je gekozen hebt voor het onderwerp geslachtsselectie, dan zou je een van de volgende vraagstellingen kunnen behandelen:
- mogen wij zelf het geslacht van onze kinderen bepalen?
- mag je als dokter in een ziekenhuis meewerken aan geslachtsselectie?
- geslachtsselectie kost geld. Moet dit opgenomen worden in de verplichte ziektenkostenverzekering of moet het een kwestie zijn van vrijwillig bijverzekeren?
Het is natuurlijk niet zinvol om al die ethische vragen te behandelen. Belangrijk is dus dat je eerst een aantal eigen ethische vragen naar voren brengt. Vervolgens kies je dan één ethische vraag uit die je behandelt.
4. Vaststellen welke belanghebbenden een rol spelen
Bij elk ethisch probleem spelen belanghebbenden een rol. Belanghebbenden zijn individuen en/of groepen die voor- of nadeel kunnen hebben bij bepaalde handelingen of beslissingen.
Bij geslachtsselectie zijn dat bijvoorbeeld ouders, medici (die verdienen hun boterham met medische handelingen) en de samenleving (denk aan invloeden op de arbeidsmarkt, de ‘huwelijksmarkt’, verzekeringspremies.).
5. Vaststellen wie moreel verantwoordelijk is
Wie neemt in een bepaalde situatie de morele beslissing en wie heeft de mogelijkheid die beslissing te beïnvloeden? Meerdere personen zijn vanuit hun positie moreel verantwoordelijk te noemen en als zodanig moreel aanspreekbaar. In het geval van geslachtsselectie zijn als verantwoordelijke personen en groepen te noemen: ouders, medici, verplegers, het ziekenhuis als organisatie, politici en burgers.
6. Formuleren van ethische standpunten en argumenten
Hier geef je een overzicht van standpunten over de ethische vraag. Het gaat dan om standpunten die onderbouwd zijn met argumenten. Let op: het is de bedoeling dat je standpunten en kritieken op standpunten zo objectief mogelijk beschrijft. Je eigen mening doet hier nog niet terzake.
Ook laat je zien welke levensbeschouwelijke achtergronden een rol spelen bij de ethische standpunten. Een voorbeeld van dit laatste: veel christenen wijzen geslachtsselectie van de hand omdat men er van uitgaat dat de geslachtsbepaling geen zaak is van mensen maar van God. De mens moet niet op Gods troon gaan zitten.
Minimaal horen er bij een ethisch vraagstuk twee standpunten uitgewerkt te worden in het werkstuk.
7. Formuleren van een eigen standpunt met argumenten
Een ethisch oordeel komt tot stand op basis van kennis van de feiten en nadat je verschillende standpunten met ondersteunende argumenten gewikt en gewogen hebt. Van belang is dat je je mening goed weet te onderbouwen met ter zake doende argumenten en daarbij argumentatiefouten weet te vermijden. Door te laten zien waarom je een ander standpunt afwijst, laat je merken dat je alle argumenten voor en tegen hebt mee gewogen.
Als je met een groep werkt, kun je tot een groepsstandpunt komen. Dit is echter niet verplicht. Denken jullie verschillend, laat dat dan ook doorklinken in de tekst van het werkstuk!
8. Besluit
In het besluit kun je de vraagstelling nog eens terughalen: wat is je wel en niet duidelijk geworden door bestudering van het onderwerp?
Is de vraagstelling misschien niet geheel beantwoord omdat het op een bepaald punt aan literatuur ontbreekt? Ook is in een besluit plaats om wat afstandelijker over je onderwerp na te denken of vragen op te werpen, zoals: wordt de maatschappelijke discussie over het onderwerp op een faire wijze gevoerd? Heb je een argument gemist in de discussie? Vind je dat het onderwerp te veel of te weinig belangstelling krijgt?
Checklist voor de inhoud van een werkstuk voor ethiek
Aan de hand van de volgende aandachtspunten kun je snel onderzoeken of je voldaan hebt aan de eisen die gesteld worden aan een ethisch werkstuk.
- Je hebt een onderwerp gekozen dat iets met ethiek te maken heeft.
- Je hebt voldoende relevante feiten en aspecten vanuit andere optieken beschreven over het onderwerp.
- Je hebt precies aangegeven welke ethische vraag je uitwerkt in het werkstuk.
- Je hebt aangegeven en uitgewerkt wie de belanghebbenden zijn bij het ethisch vraagstuk.
- Je hebt duidelijk en met argumenten aangegeven wie moreel verantwoordelijk zijn bij dit ethisch vraagstuk.
- Je hebt minimaal twee uitgewerkte standpunten over het ethisch vraagstuk (of een deel van het vraagstuk) uitgewerkt, mét argumenten en eventueel tegenargumenten.
- Je hebt een beargumenteerd eigen standpunt beschreven met betrekking tot het ethisch vraagstuk (of een deelvraag).
- Je hebt middels een besluit je werkstuk afgerond.
Onderwerpen werkstuk ethiek
Abortus Vreemd gaan
Burgerwachten in de wijk Dieronvriendelijke cosmetica
Dierproeven Doodstraf
Dopinggebruik door topsporter Drugs
Commercieel draagmoederschap Cosmetische chirurgie
Gehandicapten en seksualiteit? Genenpas bij sollicitaties?
Genenpas bij verzekeringen? Geweld in Tv-films
Gokken, wettelijk verbieden? Hoofddoekje in de klas
Nepnieuws Klonen van dieren
Leven volgens de 'etiquette' Adoptie door homoseksuelen
Massavernietigingswapens Oudere vrouwen die een kind krijgen
Pedofilie Prestatiebeloning voor leraren
Prostitutie Seksuele relatie tussen leraar en leerling
Hoge inkomens van topsporter Varkenshouderij in Nederland
Zelfdoding
Zwart werken
Verplichte DNA-test bij opsporen verkrachter
Voorrang voor actieven bij wachtlijsten ziekenhuis
Voorkeursbehandeling van etnische minderheden bij sollicitatie